Advocaat Mr. Gerard Spong
Locatie | Amsterdam |
Uurtarief | onbekend |
Telefoon | 020-3305409 |
Werkzaam bij | Spong Advocaten |
Contact opnemen
Gerard Spong heeft vanaf 1976 tot en met 1979 een specialistische opleiding in de strafadvocatuur genoten. Hij behandelt alle strafzaken en is in het bijzonder gespecialiseerd in ...
Lees verder
Gerard Spong heeft vanaf 1976 tot en met 1979 een specialistische opleiding in de strafadvocatuur genoten. Hij behandelt alle strafzaken en is in het bijzonder gespecialiseerd in (straf)cassatiezaken. Dit zijn zaken die door de Hoge Raad worden behandeld.
Hieronder een aantal recente arresten van de Hoge Raad naar aanleiding van cassatiemiddelen van Mr Spong:
- HR 7 juni 2011, LJN BP2740. In dit arrest besliste de Hoge Raad dat het verzuim om een verdachte de gelegenheid te bieden om voorafgaand aan zijn eerste verhoor door de politie een raadsman te raadplegen, geen rechtsgevolgen heeft voor medeverdachten. Bij het Europese hof voor de rechten van de mens is inmiddels hierover een klacht ingediend.
- HR 12 juli 2011, LJN BQ3781. De Hoge Raad besliste dat het hof verzuimd heeft te beslissen op een noodweerexcesverweer, hetgeen tot vernietiging van een veroordeling wegens poging tot zware mishandeling leidde.
- HR 31 mei 2011, LJN BP6159. De Hoge Raad vernietigde een arrest van het gerechtshof te Amsterdam, omdat het hof in een meervoudige diefstal en gewoontehelingszaak gebruik had gemaakt van een ten onrechte niet vernietigd DNA-profiel in een oude zaak. Die oude zaak betrof een schuldheling waarvan de verdachte was vrijgesproken. Dit gegeven bracht mee dat het hof aandacht had moeten besteden aan de vraag of aannemelijk is dat na de veroordeling in 2005 (in de nieuwe zaak) de uitzondering in art. 2 eerste lid onder b Wet DNA-onderzoek bij veroordeelde vermelde uitzondering zich niet zou hebben voorgedaan. Deze uitzondering houdt in dat het maken van een DNA-profiel niet van betekenis zal kunnen zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten van de veroordeelde. Vooral bij heling en verduistering, en overige delicten (vermogensdelicten) waarbij doorgaans geen celmateriaal wordt achtergelaten zal deze wettelijke uitzondering dus van toepassing zijn.
- HR 22 november 2011, LJN BQ3106. De Hoge Raad vernietigde een arrest van het gerechtshof te Den Haag wegens een onterechte veroordeling terzake van belediging van een politieagent. het betrof de tekst (middels een website): ‘En een meneer de agent die dit leest je moch gister zeker niet over je wijf heen’ en ‘En de agenten in Hardinxveld kunnen mijn Ass kussen’. De Hoge Raad meende in het voetspoor van de hiertegen aangevoerde klacht dat deze bewoordingen in het algemeen niet beledigend zijn. Nu ook de context, voorzover bekend, niet tot een andere visie noopte, sneuvelt het arrest van het hof. De moraal van dit verhaal: politieagenten hoeven geen dikkere huid te hebben dan gewone burgers, maar evenzeer geldt dat zijn geen langere tenen behoeven te hebben dan gewone burgers (zie conclusie AG Jörg.
- In HR 29 november 2011, LJN: BT6403 werd opnieuw duidelijk gemaakt dat het bewijs van oplichting gecompliceerder is dan menig rechter, hier het gerechtshof Amsterdam, denkt. In deze zaak was de verdachte veroordeeld omdat hij door het aannemen van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen een bloemist had bewogen een hoeveelheid rozen en planten met een verkoopwaarde van €527,- af te geven door in strijd met de waarheid te zeggen dat de rekening op Plant BV gezet kon worden. Met de verdediging (en de AG) was de Hoge Raad echter van oordeel dat van een wederrechtelijke bevoordeling en daarmee van het oogmerk daarop alleen sprake kan zijn wanneer de verdachte de rekening onbevoegdelijk op naam van die BV had laten zetten, danwel de BV niet bestond. Het enkel opgeven van een adres dat niet van de verdachte was levert ook nog geen oplichting op.
- In HR 13 december 2011, LJN: BQ3992 sneuvelde een arrest van het gerechtshof te Amsterdam omdat dat wat al te kort door de bocht, in strijd met de daarvoor in de rechtspraak ontwikkelde voorwaarden, had aangenomen dat de verdachte een leugenachtige verklaring had gegeven. Het betrof een fietsendiefstal.
Daarnaast treedt Spong op in fraudezaken, uitleveringszaken, (medische) tuchtzaken en Antilliaanse strafzaken en (straf)cassatiezaken. Spong verzorgt tevens postacademische cursussen. Hij was betrokken bij de totstandkoming van het "Handboek Verdediging". Hierin heeft hij het hoofdstuk over bijstand in cassatie voor zijn rekening genomen. Samen met mr M.F. Murray op Curaçao heeft Spong ook een hoofdstuk over bijstand op de Nederlandse Antillen verzorgd.
Spong is lid van de European Criminal Bar Organisation.
Spong heeft in 2011 een aantal postacademische cursussen gegeven over actualiteiten in het strafrecht en strafprocesrecht. Hierin heeft hij onder de loep genomen recente ontwikkelingen in de rechtspraak met betrekking tot onderwerpen als medeplegen DNA-onderzoek, bewijsmotivering, belediging, de 'poging', ingetrokken getuigenverklaringen, meebrengen ter zitting van getuige, noodweer(exces), wraking, schakelbewijs en Salduz-perikelen (bijstand raadsman bij politieverhoor), beginselen behoorlijke procesorde, het voortbouwend appel, en de eigen waarneming van de rechter als bewijsmiddel.
Ook heeft hij lezingen gegeven over het onderwerp ‘media in strafzaken’, waarin hij aandacht heeft besteed aan de schending van het onschuldbeginsel ‘trial by media’, onrechtmatig vergaard bewijs door particulieren (journalisten) en tips voor de advocatuur hoe met de media om te gaan. Een aantal van deze lezingen werd gebundeld in "Strafrechtelijk prikkeldraad - In tien lezingen een gedreven en bewogen blik op het strafrechtelijk bedrijf", verkrijgbaar via Uitgeverij Kluwer (ISBN 978-90-13-04467-6).
Advocaat sinds
16 November 1973
Contactinformatie
Spong AdvocatenPostbus 15812
1001NH Amsterdam
Tel. 020-3305409
Fax. 020-3304666
Email g.spong@spongadvocaten.com